Grant Thornton zorgt voor een vlekkeloze opvolging van jouw familiebedrijf
Als Karin van Wijngaarden over haar passie voor familiebedrijven vertelt, raakt ze niet snel uitgepraat. Als partner accountancy en adviseur familiebedrijven bij Grant Thornton weet ze exact waar de complexiteit en pijnpunten liggen bij dergelijke bedrijven. ‘Je wilt natuurlijk dat de familie met Kerstmis nog (steeds) samen rond de eettafel zit.’
Met een scriptie over bedrijfsopvolging bij familiebedrijven op haar naam, meer dan zeven jaar werkervaring in een familiebedrijf én met twintig jaar ervaring bij Grant Thornton, is Karin de juiste persoon als het gaat om advies omtrent familiebedrijven. Wat ze zo fascinerend vindt aan dat onderwerp? ‘De dynamiek in familiebedrijven is heel uniek en puur, maar ook complex. Als adviseur is het mijn taak om de juiste vragen te durven stellen en op een goede manier om te gaan met de emoties die komen kijken bij het runnen van een dergelijk bedrijf. Want je wil dat de organisatie floreert, maar ook dat de familie met Kerstmis nog (steeds) samen rond de eettafel zit. De problematiek is bij veel familiebedrijven herkenbaar, maar de dynamiek en hoe de familieleden erop reageren is altijd anders. Dat maakt het uitdagend en interessant.’
Opvolging van het familiebedrijf
Het merendeel van de klanten van Grant Thornton zijn eigenaren van midden- en kleinbedrijven met maximaal honderd FTE in dienst. Deze ondernemers komen vaak voor advies bij Grant Thornton, maar ook om te sparren. Het doel van Karin is om de ondernemer zíjn doelen te laten realiseren. ‘Ze maken uiteindelijk hun eigen keuzes, maar vinden het fijn om van mij te horen hoe ik erover denk en welke mogelijkheden er nog meer zijn.’
Binnen Grant Thornton wordt er momenteel een groep van vijftien managers opgeleid door middel van een éénjarig programma, speciaal gericht op opvolging bij familiebedrijven. Karin: ‘Dat is uniek in accountancyland. Bedrijfsopvolging is dan ook één van de meest voorkomende zaken waarvoor men bij ons aanklopt. Dat gaat namelijk gepaard met een hoop complexiteit. Wie van de kinderen gaat het overnemen? Hoe ga je om met de andere kinderen? Misschien voelt één van de kinderen die het bedrijf niet ingaat zich benadeeld. Hoe komt de waarde van het bedrijf tot stand en hoe ga je daarmee om? Wat gebeurt er als een familielid langdurig ziek wordt of komt te overlijden? En hoe wordt er omgegaan met trouwen in de familie; trouwt iedereen bijvoorbeeld op huwelijkse voorwaarden? Dat zijn allemaal vragen die spelen. Ernst van Waveren en ik zijn leiders van het adviesteam familiebedrijven, een team met specialisten dat voor heel Grant Thornton actief is. Hiervoor hebben wij recent ook een whitepaper gemaakt.’ (Zie www.grantthornton.nl/diensten/familiebedrijven/bedrijfsopvolging)
Veel emoties
Om alle onderliggende emoties en zaken die spelen boven water te krijgen, voert Karin veel één-op-één-gesprekken met de uittreders en opvolgers, maar ook met familieleden die betrokken zijn. ‘Tijdens deze gesprekken komt aan bod wat diegene wil en wat zijn of haar visie is. Ik richt me naast het zakelijke juist op de emotionele kant van het verhaal en fungeer eigenlijk als een soort coach, mediator en “psycholoog” in één.’ Volgens haar is het belangrijk dat alle betrokkenen vrijuit kunnen praten over wat ze willen en waar ze tegenaanlopen. ‘Mijn collega’s en ik tonen oprechte interesse en vragen echt door naar wat de wens is en waarom. We krijgen regelmatig van onze klanten te horen dat we vragen durven te stellen over onderwerpen die spelen, maar die niet altijd benoemd worden door hen of door hun eigen adviseurs. We maken gevoelige kwesties bespreekbaar; dat zorgt voor opluchting en haalt zorgen bij onze klanten weg.’ Vervolgens brengt Karin in kaart waar de wensen overlappen met de andere familieleden en waar de wensen verschillen. ‘Dan kijk ik hoe we ze met elkaar op één lijn kunnen krijgen.’
Voor de adviseur is een bedrijfsopvolging geslaagd als de uittreder genoeg vertrouwen heeft in zijn opvolger om het bedrijf daadwerkelijk los te kunnen laten, en de opvolger genoeg vertrouwen voelt om zijn eigen koers te durven varen. Ze concludeert: ‘Maar een opvolging is óók geslaagd als er uiteindelijk voor wordt gekozen om het bedrijf geheel of gedeeltelijk te verkopen aan een extern persoon, als dat naar ieders tevredenheid gebeurt.’
Oude generatie versus nieuwe generatie
Door alle gesprekken die Karin inmiddels heeft gevoerd met eigenaren van familiebedrijven en hun opvolgers, heeft ze veel inzicht in trends en tendensen binnen familiebedrijven. Wat blijkt? Duurzaamheid tijdens de bedrijfsvoering is voor de nieuwe generatie een belangrijk speerpunt, waar dat bij de (aanstaande) uittreders minder speelt. ‘Regelmatig willen de opvolgers daar direct grote stappen in zetten. Ook zie je bij de jongere generatie dat ze vaker openstaan om een externe – dus geen familielid – te benoemen als manager of MT-lid als de familieleden expertise missen. Daarnaast zie je vaak dat de digitalisering binnen de organisatie een enorme toevlucht neemt zodra de nieuwe generatie aan het roer staat. Eén van de mooiste dingen om te zien vind ik wanneer de uittreders na hun pensioen echt het bedrijf kunnen loslaten en toevertrouwen aan hun opvolgers. Als de opvolgers het familiebedrijf vervolgens naar een next level brengen is dat prachtig! Zo heb ik een klant in Utrecht van wie de overgrootvader het bedrijf had opgericht en waarbij het door de daaropvolgende generaties stap voor stap verder is uitgebouwd. Inmiddels heeft het achterkleinkind het bedrijf laten groeien naar een bedrijf waar miljoenen in omgaan. Dat maakt de hele familie natuurlijk supertrots.’