Kiremko en Van den Pol helpen klanten op afstand met Augmented Reality bril
‘Smart Industry is een hot item op het moment en het is belangrijk voor de toekomst van de maakindustrie’, vertelt directeur Marcel van Huissteden. ‘Het houdt bij ons in dat we data van machines meten; niet alleen op het gebied van onderhoud, maar ook wat betreft processen, energieverbruik en waterverbruik. Een van de onderdelen van Smart Industry is Augmented Reality. We hebben al systemen waarbij we klanten in een nog lege fabriek een bril op laten zetten waardoor hij kan zien welke machines er komen te staan en hoe dat eruit komt te zien. Een andere toepassing waar we een paar maanden geleden mee aan de slag zijn gegaan, is het op afstand opstarten van een machinelijn door middel van een bril.’
Op de proef gesteld
In het geval van deze specifieke klant in Marokko, werd het team van Kiremko direct op de proef gesteld. ‘Normaal gesproken als je met zoiets gaat starten, zoek je samen met Van den Pol naar een klant in bijvoorbeeld Nederland of België’, zegt Matthijs. ‘Dan kun je er ook snel zijn als er iets misgaat. In dit geval werden we meteen in het diepe gegooid; we hadden te maken met een taalbarrière en een klant die nog weinig ervaring heeft met het maken van frites. Uiteindelijk is de plant manager, de enige aanwezige die zowel Engels als Marokkaans sprak, met de bril op langs de machinelijn gegaan. Je neemt de klant zo echt aan de hand mee en je communiceert over alles. Je moet goed uitleggen waarom je elk detail wil controleren. Gelukkig is het allemaal goed verlopen en was de klant meer dan blij.’
Het belooft volgens Marcel veel voor de toekomst. ‘Deze toepassing kunnen we niet alleen gebruiken voor het opstarten van machines, maar bijvoorbeeld ook voor storingen. Tot dit jaar zetten we bij een storing direct een monteur in de auto of op het vliegtuig. Nu we zien dat het ook op deze manier kan, kunnen we storingstijden verkorten en bovendien onze reistijd verminderen. Onze visie voor de toekomst is dat bedrijven zoals dat van ons op termijn capaciteit gaan verkopen, ofwel pay per use. We gaan naar “zoveel kilo per uur” in plaats van losse machines. Vanuit die optiek kunnen we nu al met onze technische middelen plus één persoon ertussen een lijn opstarten, besturen, zien en horen. Dat heeft niet alleen impact op onze manier van werken, maar ook op de service die wij onze klant bieden. Al deze ontwikkelingen zijn wat mij betreft een feestje waard!’