Van rijke historie naar duurzame toekomst

De Biltsche Hoek, het restaurant van het hotel, was tot 1901 een tolhuis. Toen de tol werd opgeheven, kwam er een koffie- en bierhuis. In 1956 kochten de grootouders van Anne het pand en toverden het om tot restaurant en woonhuis. ‘Mijn opa overleed jong en liet mijn oma en negen kinderen na. Mijn oma runde vanaf toen het restaurant in haar eentje. Zij was een ontzettend sterke vrouw die ervoor gezorgd heeft dat Van der Valk een begrip is geworden in de regio.’ Zoon Klaas en zijn vrouw Els van der Valk lieten het bedrijf uitgroeien tot wat het 65 jaar later is: een goedlopend bedrijf met een restaurant, bar, terras, binnenzwembad, veertien vergaderzalen en 102 hotelkamers.

In het familiebedrijf
Folkert en Anne ontmoetten elkaar op de Hoge Hotelschool in Den Haag, waarna ze allebei hun eigen carrièreweg gingen. Zij op het hoofdkantoor van de HEMA, hij bij de Vermaat Groep. ‘Al snel kwam ik erachter dat het werken bij een grote corporate niks voor mij is,’ vertelt Anne. ‘Ik ben opgegroeid tussen de gasten. Ik miste hen. Ook wilde ik graag personeel opleiden. Dat is één van de allerleukste kanten van ons werk; er is niks mooiers dan zien hoe een verlegen vijftienjarige uitgroeit tot een zelfverzekerde jongeman of -vrouw.’ En dus ging het jonge stel het familiebedrijf in. Eerst bij Klaas en Els in De Bilt, later bij de ouders van Anne in Arnhem en sinds drie jaar als trotse eigenaars van hun eigen Van der Valk hotel. ‘We hebben het bedrijf eigen gemaakt en het met onze persoonlijkheid een eigen kleur gegeven,’ vertelt Folkert. ‘Zo hebben we bijvoorbeeld eerst de lobby gerestyled. Daarna hebben we onze duurzame en maatschappelijke dromen uitgewerkt tot concrete initiatieven en samenwerkingen.’

Een bewuste menukaart
Onlangs heeft het stel ook de menukaart aangepakt. ‘Iedereen kent Van der Valk van de schnitzel met appelmoes en een kers. Die schnitzel zal altijd op de menukaart blijven staan, maar we willen onze gasten ook verrassen. En bovenal willen we voedselverspilling tegengaan. Vroeger werd de hele tafel vol gezet met aardappels, friet, groente en sla. Dan doen we niet meer. We serveren meer verse groente op het bord en minder bij-garnituren. Ook zijn we aangesloten bij de Stichting Vis&Seizoen, die de visconsumptie in de horeca structureel wil verduurzamen. Vis staat alleen op ons menu als deze in het juiste seizoen is. En aan de overkant van ons hotel scharrelen Buitengewone Varkens. Deze komen van een Biltse onderneming die zich inzet voor eerlijke veehouderij. De varkens krijgen honderd procent circulair voer van reststromen en hebben een heerlijk leven. Dat proef je terug in de hammen die op onze borrelkaart staan of in de varkensrack die we als hoofdgerecht serveren. Ten slotte zijn we een heel leuke samenwerking aangegaan met Fungi Factory. We kweken oesterzwammen op onze koffiedrab en verwerken die in bitterballen en kroketten. De drab wordt vervolgens verwerkt tot compost die wij in onze moestuin gebruiken. Zo komt elk kopje koffie dat we serveren weer bij ons terug.’

Maatschappelijke bijdrage
Folkert en Anne zetten zich niet alleen in voor het milieu. Dat doen ze ook voor mensen. ‘Al heel snel ben ik in gesprek geraakt met de Zorgboerderij Griftenstein’, vertelt Folkert. ‘Zij zochten mogelijkheden voor de dagbesteding van mensen met een verstandelijke beperking. Zo waren ze bijvoorbeeld op zoek naar een plek om taarten te bakken.’ Sindsdien staat er elke week een groep enthousiaste bakkers in de voormalige bakkerij van het hotel. ‘Ze bakken elke week tien heerlijke appeltaarten, die wij op de kaart hebben staan. Ze werken dus voor een écht bedrijf met échte gasten. Ze worden niet simpelweg beziggehouden, maar doen ertoe en worden gezien. Je ziet ze groeien en dat vind ik prachtig.’ Inmiddels zijn de werkzaamheden uitgebreid en zorgen de deelnemers ook met heel veel liefde voor de varkens en de moestuin.

Op naar een duurzame toekomst
Het 65-jarig jubileum is een mooi moment om terug te blikken, maar vooral ook om vooruit te kijken. ‘Over 65 jaar denk ik dat het hotel nog steeds een begrip is in de regio,’ zegt Anne overtuigd. ‘Het is onze taak om het bedrijf van generatie op generatie over te dragen. Daarom zijn wij druk bezig om het bedrijf toekomstbestendig te maken en te behouden. Dat doen we door duurzaam te ondernemen. Zo wordt het sterk overgedragen aan de volgende generatie.’ En die volgende generatie? Die staat al te popelen. ‘Onze oudste zoon is drie en wil niets liever dan meehelpen. Of hij dat later nog steeds wil, zullen we wel zien.’