‘We zijn altijd op een natuurlijke manier gegroeid'
We gaan op bezoek bij een nieuw OnderNamenlid: Gieljan Otte van Otte Infra uit Odijk. Het bedrijf dat Gieljan 25 jaar geleden oprichtte, specialiseert zich in grondwerk en machineverhuur. ‘Mensen en machines’, zoals hij het zelf mooi benoemt. Een paar jaar geleden zag hij de kans een eigen grondbank te beginnen, een dienst die hij dit jaar uitbreidde met de verhuur van containers voor grond. Genoeg om over te praten dus.
21 oktober 2021 | 6 minuten lezen
Wanneer we aan komen rijden bij Otte Infra, parkeren we naast een keurig aangeharkte tuin voor een modern en splinternieuw kantoorpand. Het pand en de tuin waren vorig jaar de laatste stap van de inrichting van het eigen terrein aan de Defensieweg in Odijk. In de sfeervolle en moderne, open kantine met zwartstalen ramen en donkergroene wanden, praten we met Gieljan over zijn jubilerende bedrijf.
Laten we beginnen bij het begin: wat doet Otte Infra precies?
Gieljan: ‘We zijn een dienstverlener in groen, grond en infra. We werken aan diverse projecten binnen de grond- weg- en waterbouw en verhuren hiervoor mensen en machines. Daarbij ligt onze focus op grondverzet en nemen we zelfstandig werk aan als onderaannemer. Sinds kort beschikken we over het BRL 7000 certificaat, waardoor we zelfstandig bodemsanering mogen uitvoeren. Ook hebben we een eigen grondbank.’
Hoe ben je met dit vak gestart?
Gieljan: ‘Ik ben in 1996 als zzp’er begonnen in de bouw. Gewoon alles aanpakken wat voorbijkwam. Al snel merkte ik dat ik een voorkeur had voor werken met machines, dus daarin besloot ik me te gaan specialiseren. Ik kocht een eigen machine en verdiende daarmee geld om iemand aan te nemen. Even later kocht ik weer een nieuwe machine en zo groeide ons bedrijf langzaam door. Inmiddels zijn we met twintig collega’s. Mijn doel is eigenlijk nooit groei geweest. Het gaat meer vanzelf, doordat klanten terugkomen en nieuwe opdrachten bij ons neerleggen. In de afgelopen
25 jaar zijn we daarom steeds gezond gegroeid.’
‘Het doel van een grondbank is ook om het hergebruik van grond te bevorderen’
Je noemt ook een grondbank. Wat houdt dat in?
Gieljan: ‘Zeven jaar geleden zijn we hiermee gestart. Je kan het zien als een soort grondstoffenkringloop. Denk aan zand of klei, maar ook aan menggranulaat en teelaarde. Er zijn aardig wat bouwstoffen die je kunt hergebruiken. Wij nemen hier grond in van bedrijven, particulieren en organisaties. De grond wordt bij ons bemonsterd, zodat we de kwaliteit ervan kunnen vaststellen. Op basis van de samenstelling wordt het bij ons gesorteerd verzameld, tot we een grote bulk van één soort hebben liggen. Die grond wordt dan nog eens in zijn geheel gekeurd, waarna we er een nieuwe toepassing voor kunnen zoeken. Voor elke soort grond is wel weer een bestemming te vinden. Er is veel vraag en tegelijk veel aanbod. Maar de regels eromheen zijn ook streng, sinds de PFAS-problemen aan het licht kwamen. Mede door de regelgeving is de markt van hergebruikte grond sterk gegroeid.’
Het is wel heel anders dan de verhuur van mensen en machines.
Gieljan: ‘Dat klopt, maar tegelijk ligt het heel erg in elkaars verlengde. Omdat wij veel grondwerk doen, zitten we al volop in die markt. We hebben de machines om het te verwerken en op ons terrein hebben we de ruimte om het op te slaan. Omdat we merkten dat er vraag was in de markt, hebben we hierop ingespeeld. Hetzelfde geldt voor de containerverhuur, waar we vorig jaar mee zijn gestart. We vonden daar een gat in de markt, omdat de meeste verhuurders van afvalcontainers geen grond accepteren. Die partijen zijn op zoek naar materialen als hout, metalen en plastic om te recyclen. Omdat er in de markt wel behoefte is om ook grond af te kunnen voeren, verhuren wij nu specifiek containers hiervoor. Het is een nieuwe dienst, maar ligt opnieuw in het verlengde van wat we doen. Het is verhuur, en tegelijk versterken we onze grondbank ermee, omdat we op deze manier steeds nieuwe aanvoer krijgen.’
Heb je met al die nieuwe diensten nog tijd om zelf op de werkvloer mee te draaien?
Gieljan: ‘Als je groeit, word je vanzelf – noodgedwongen – een manager. Maar gelukkig hebben we inmiddels extra mensen op kantoor, waardoor ik weer tijd heb om dingen zelf uit te voeren. Daarvóór deed ik de planning en het kantoorwerk samen met mijn vrouw. Nu hebben we een planner, werkvoorbereider en iemand voor de administratie en personeelszaken in dienst. Met de tijd die ik over heb zit ik graag op de vrachtwagen of op een machine. Dat geeft me een bepaalde ontspanning. Op kantoor word je toch snel bij alledaagse zaken betrokken, terwijl je achter het stuur je focus op het rijden hebt. Ondertussen kun je om je heen kijken en ideeën opdoen. Ik kijk dan graag hoe andere bedrijven werken, of probeer onderweg projecten te spotten waar we voor kunnen werken. Ik doe dan eigenlijk twee dingen in één. In je bedrijf én aan je bedrijf werken.’