In zijn atelier in Nieuwegein staat een groot zwart houten paneel uitgestald. De sierlijke tekst die die erop staat is nauwelijks meer leesbaar. Onder andere dat probeert Edwin van den Brink als ervaren restaurator te herstellen. ‘Dit is een paneel uit 1651 en het hing in een van de eerste protestante kerken van Nederland, in Oudeschild op Texel. De kerk – en daarmee dit paneel – was bestemd voor de schippers van de VOC-schepen, om de Lieve Heer om een goede tocht te vragen.’
‘Het bord bestaat uit oude houten planken die op zich in een goede staat verkeren, maar al wel een paar keer gerestaureerd zijn. Ik maak eerst het hout in orde, zodat ik het weer tegen het frame kan schroeven. De achterkant verstevig ik met dun triplex. Daarna moet ik kijken wat ik met de laag doe die eroverheen zit. De tekst is nu onleesbaar, dus ik moet kijken hoe ik het weer leesbaar krijg. Maar je moet eerst goed weten wat er allemaal voor lagen zitten.’
‘In het restauratievak is het tegenwoordig mogelijk om objecten op moleculair niveau met moderne wetenschap te onderzoeken, waardoor je precies weet wat er allemaal onder het oppervlak zit. Dat is een stukje digitalisering, maar komt het werk wel ten goede. Er is in Nederland nu ook een universitaire opleiding “Conservering en restauratie” op de UVA, die is gekoppeld aan het Rijksmuseum. Ook dat is een goede ontwikkeling, want dan blijft het niveau van restauratoren hoog. Maar uiteindelijk moet er toch een mens met zijn handen aan zo’n object zitten en het fijne werk doen. Daarvoor moet je kennis hebben van materialen én van geschiedenis. Dat is één van de mooiste dingen van mijn vak: ik reis constant in de tijd.’