fbpx
Zoeken
Onze Uitgevers
Rosanne Zijerveld-Bader
Nick van Baaren
Max Brandt

‘Wij ondernemen niet op een spreadsheet, maar met het hart’

Elke ondernemer die vanaf de grond zijn eigen bedrijf heeft opgebouwd, weet het: ooit moet ik mijn “kindje” overdragen. Dat kan zijn aan een familielid, een andere ondernemer of aan een investeerder. Bob en Esther Herber kozen met hun 706 Seating Group voor dat laatste. Ze staan er volledig achter, maar het valt hen ook zwaar. Een eerlijk verhaal van twee ras-ondernemers.

Bob en Esther kennen elkaar ruim dertig jaar en vanaf het moment dat ze elkaar vonden, zijn ze samen gaan ondernemen. Toen ze drie maanden een relatie hadden kochten ze een discotheek in Zeist. ‘Niet omdat we nou zulke goede horeca-ondernemers waren, maar we hadden veel ervaring aan de andere kant van de bar en we dachten: dat kunnen we wel’, vertelt Bob. ‘We hadden destijds allebei nog ons eigen werk, ik zat in de kantoorinrichting, Esther in de events, en het ging de eerste maanden ook niet goed. Maar op een gegeven moment vonden we de juiste modus en ging het steeds beter draaien. Een half jaar later kochten we een tweede zaak, een feestcafé, en een jaar daarna de derde, een beachclub. En we hadden nog steeds allebei een baan.’

Begin van ChairSupply

Rond die tijd, we praten over eind jaren negentig, doken ze ook dieper in het kantoormeubilair. ‘We waren één van de eersten in Nederland met een webshop’, aldus Bob. ‘Je belde je webshop nog in met een modem en afbeeldingen waren niet groter dan 118kb en kostten vijf minuten om te uploaden. Maar we hadden wél een webshop; we verkochten meubilair uit faillissementen. Toen dat een beetje opdroogde omdat de economie aantrok en er minder faillissementen waren, zijn we op zoek gegaan naar nieuw meubilair. Toen hebben we een bureaustoel bedacht, een fabrikant gezocht en zijn we Chairsupply begonnen. Dat is zeventien jaar geleden. Dat bedrijf begon met één stoel en één container en toen wij het verkochten, in januari 2022, had het 27 miljoen euro omzet, deden we jaarlijks 400 containers en 120.000 bureaustoelen, hadden we 55 man personeel en export naar 28 landen.’ ‘Een beetje uit de hand gelopen dus’, lacht Esther. 

Dat van niets iets maken is de rode draad in het ondernemerschap van de twee, die nooit in beperkingen denken. ‘Als wij een kans zien dan gaan we er gewoon voor’, zegt Esther. ‘We gaan niet alles kapot berekenen op een spreadsheet, maar ondernemen vanuit het hart en de onderbuik. Als je in kansen denkt, ontstaat er vaak vanzelf iets wat gaat accelereren en excelleren.’ De explosieve groei van hun stoelenbedrijf is echter juist de reden dat ze ervoor kozen om het te verkopen. ‘Als je bedrijf groeit, krijg je afdelingen’, legt Bob uit. ‘En die afdelingen krijgen afdelingshoofden. Die afdelingshoofden gaan vergaderen en in één keer zaten we bij overleggen waarvan we dachten: wat doen we hier? Het was praten om het praten en wij dachten alleen maar: neem toch een besluit. Het bedrijf was zo groot geworden, dat we alleen maar aan het managen waren, en niet meer aan het ondernemen.’

Ze kwamen tot de conclusie dat ze er niet meer zo op hun plek waren als voorheen, waarna ze besloten 75 procent van de aandelen van het bedrijf te verkopen aan een private equity-bedrijf, Averest. ‘We houden dus nog 25 procent, maar vanaf 1 januari 2024 zijn wij niet meer actief in de dagelijkse business van het bedrijf’, zegt Esther. ‘En zijn we dus ook weer vrij om te doen wat we het liefste doen: ondernemen.’

‘Het is best spannend om halverwege je vijftigste alles achter je te laten’

Ander management nodig

Hoewel ze blij zijn met de stap die ze hebben genomen, valt het hen ook zwaar. ‘Met name dat we afscheid moeten nemen van onze mensen. We hebben zoiets moois opgebouwd met elkaar, dus dat doet best pijn. En je verkoopt toch ook een beetje de ziel van het bedrijf.’ Esther vult aan: ‘De investeerder, overigens wel echt een ondernemende partij,  wil het bedrijf substantieel laten groeien naar een bepaalde omvang, en daar is ander management voor nodig. Wij hadden mogen blijven als het aan de investeerder lag en dat hadden we kunnen doen voor ons ego, maar als mens werden we er niet meer gelukkig van. Dat heeft niet te maken met de investeerder, maar wel met de procesgestuurde organisatie die het moet worden om groei te realiseren. Daar voelen wij ons niet prettig bij.’

Kortom, Bob en Esther missen het vuur dat ze voelen op het moment dat ze met iets nieuws beginnen. En dus staan er nieuwe avonturen op hen te wachten. Sterker nog, Bob is alweer een nieuwe onderneming begonnen: Bob’s Car Collection. Hij gebruikt de oude showroom van 706 Seating in Culemborg om de unieke auto’s uit te stallen die hij inkoopt en weer verkoopt. ‘Ik ben al mijn hele leven gek op auto’s, heb er ook meerdere en ben een fanatiek autoracer. Stiekem had ik hier achter de showroom al wat auto’s staan en een half jaar geleden dacht ik: ik wil hier wel wat mee.’ Esther: ‘Al sinds ik Bob ken, krijgt hij een twinkeling in zijn ogen zodra hij het over auto’s heeft. Dus dit was geen verrassing. Zelf zit ik ook niet stil. Ik help jonge ondernemers met een leadershiptraining, ik ben trouwambtenaar, zit in de organisatie van het Spijkerbroekengala in Utrecht en ga binnenkort de Nyenrode Commissarissencyclus volgen.’ Bob sluit af: ‘We hebben nog wel eens dagen dat we denken: wat hebben we gedaan? Het is best spannend om halverwege je vijftigste alles achter je te laten. Maar we hebben ook weer zin in alles wat komen gaat. Eén ding is zeker: we zullen altijd blijven ondernemen.’ 

OntwikkelingenInterieurbouwRetail (groothandel)Utrecht