Zorgeloos van A naar B
‘Met of zónder Volvo’ – dat maakt niet uit’
Over een lange adem gesproken: Hooftman Volvo bewijst zich al 75 jaar een buitengewoon gastvrij bedrijf, met inmiddels de derde generatie aan het roer (knap!). Ondernemers Ivor en Martine Hooftman schrikken niet zo snel, ook niet van de huidige ontwikkelingen in de autobranche. Wél werken zij toe naar een bijzonder interessant en vooruitstrevend einddoel: Hooftman Volvo als community voor zorgeloze mobiliteit.
Bij Hooftman Volvo, het mobiliteitsbedrijf met vestigingen in Woerden, Alphen aan de Rijn, Waddinxveen en Schoonhoven, is het prettig binnenkomen. Het team is hartelijk, net als Ivor en Martine. Broer en zus zijn een goed duo, wat heus niet vanzelfsprekend is. ‘Nee, dat horen wij wel vaker’, beaamt Martine lachend. ‘Ivor en ik waarderen elkaar en weten precies waar we goed in zijn: hij in de commercie en ik in procesoptimalisatie.’ Ivor vult aan: ‘Het belang van waardering is ons met de paplepel ingegoten en loopt als een rode draad door het bedrijf. Maar tussen iets intrinsiek voelen en ernaar handelen zit een groot verschil. Bij ons werd op jonge leeftijd benadrukt: als een klant belt, dan help je, zelfs al is het kerstavond. Andersom gunt hij jou die transactie en dat is veel waard.’
Elektrificatie
Martine: ‘Onze vader en oom, ex-directeuren Teun en Henk, waren altijd aan het werk en onze moeder zorgde voor de kinderen. Het was een andere tijd, de huidige generatie ziet dat anders. Ikzelf ook. Dat betekent flexibele werkuren, waar wij nu onze processen op inrichten.’ En dat is slechts het topje van de ijsberg. Ivor: ‘De afgelopen tien jaar zijn enorm veel dingen veranderd. Denk aan de elektrificatie, wat de markt op zijn kop heeft gezet. Dat Volvo en BMW bekende namen zijn, wil nog niet zeggen dat zij per definitie de beste elektrische auto’s maken.’ Volvo vond zichzelf, samen met eigenaar Geely, opnieuw uit en stond aan de wieg van het elektrische automerk Polestar. Niet zonder succes, want inmiddels zijn de Zweedse merken koploper. Per 2030 willen ze alleen nog maar elektrische auto’s produceren en vanaf 2040 is de gehele gehele bedrijfskolom circulair. Ivor: ‘Prachtig natuurlijk, al die elektrische auto’s, maar we hebben straks wel een gigantische hoeveelheid accu’s over. De fabriek is nu al bezig accu’s in powerunits te stallen als handige noodstroomvoorziening. Dat is pas circulair denken.’
Mobiliteitsbedrijf
Ivor: ‘Als je wilt dat klanten het je blijven gunnen hun mobiliteitsbehoeften op te lossen, blijf je anticiperen. Wij krijgen regelmatig de vraag of de grondstoffen van onze accu’s niet uit mijnen komen waar kinderarbeid plaatsvindt. Of vervangend vervoer: mensen lenen graag een elektrische fiets of blijven hier werken.’ Qua duurzaamheid zijn broer en zus allesbehalve terughoudend om te investeren. De vestiging in Woerden is met vijfhonderd zonnepanelen en een gigantische warmtepomp als één van de weinige autobedrijven energieneutraal. Vanaf hun overname – zeven jaar geleden – bewandelen Ivor en Martine hun eigen koers, gebaseerd op de sterk veranderde behoeften. Martine: ‘Mensen willen flexibiliteit. Bovendien neemt het aantal abonnementsvormen toe; de nieuwe generatie is niet anders gewend. Dat zien we straks ook terug in ons autogebruik. Ze nemen liever een abonnement en bevalt de auto niet, dan leveren ze deze een half jaar later gewoon toch weer in! De traditionele autodealer verkoopt auto’s. Hooftman Volvo wil veel breder zijn dan dat; wij leveren mobiliteit.’
Met of zónder Volvo
Bij het mobiliteitsbedrijf hoort nóg een woord, namelijk zorgeloos. Martine: ‘De samenwerking met Volvo is voor Hooftman een fantastische kans. Tegelijkertijd zijn wij ons er goed van bewust dat we meerwaarde moeten blijven bieden – zeker in een tijd waarin klanten hun auto makkelijk online kunnen bestellen.’ Ivor vervolgt: ‘Tot nu toe kun je hier alleen klant zijn als je een rijbewijs hebt en een Volvo, Polestar of Lynk & Co rijdt. Maar hoe zorgeloos zijn we dan? Als een klant zich hier vertrouwd voelt, waarom bieden we dan ook geen elektrische fiets, camper of rolstoel? We hebben te maken met een sterke vergrijzing van onze klantenkring. Het ideaalbeeld is om die groep straks te ondersteunen met een eigen mobiliteitsservice. Met of zónder Volvo – dat maakt niet uit.’
Mogelijk of onmogelijk?
Tot slot: hoe zit het met het clusteren van autodealers, nu fabrikanten steeds liever met een beperkt aantal aanbieders willen samenwerken? Ivor: ‘De grootte die wij nu hebben is prima. Uiteraard zijn we scherp op de kansen die zich voor kunnen doen en staan we open voor groei. We concentreren ons vooral op zorgeloze mobiliteit.’ Martine en Ivor denken in mogelijkheden. Martine: ‘Dat hebben we van onze ouders en daarnaast zijn we relatief jong. We hebben het absorptievermogen om dingen op te pakken en te vertalen naar een plan. Niet regeren vanuit angst, maar omarmen wat er op je afkomt en daar het beste van maken.’ Ivor: ‘Henk en Teun konden dat ook als de beste. Maar ik denk dat als je nu aan mijn vader zou vragen: “zou je het bedrijf in de familie houden?”, hij toch even zou moeten nadenken. Zijn antwoord is absoluut “ja”, maar hij staat aan de zijlijn. Dat is een spannende positie. Wij zitten er middenin, en het volste vertrouwen? Dat hebben we zeker!’