'Voor duurzaam ondernemen moeten we breder durven denken.'
Peter de Rooy heeft een duidelijke visie: ondernemen kan duurzamer. Daarbij is hij ervan overtuigd dat duurzaamheid ook rendement kan opleveren. De afgelopen acht jaar stortte hij zich volledig op de verduurzaming van zijn transportbedrijf. Daarbij schroomt hij niet om nieuwe technieken uit te proberen, of zelfs te bedenken. Zo wordt momenteel gewerkt aan een eigen opslagsysteem voor de zelf opgewekte stroom.
In een twintig voet zeecontainer wordt flink gesleuteld aan de enorme batterij-opslag van De Rooy Transport in ’t Goy. Peter is blij dat het project inmiddels vorm krijgt. Terwijl op het dak van de nieuwe aanbouw hard gewerkt wordt aan vijfhonderd extra zonnepanelen, spreken we Peter over zijn visie op duurzaamheid.
Hoe kwam je op het idee om een batterij-opslag in een zeecontainer te laten bouwen?
Peter: ‘Duurzaamheid is voor ons al lange tijd een belangrijk thema. Het begon eigenlijk acht jaar geleden, toen we onze eerste twee elektrische vrachtwagens kochten. Dat was de eerste generatie elektrische vrachtwagens. Inmiddels is de techniek in deze trucks verouderd. Dat gaat dan vooral om het computergestuurde gedeelte. Dat upgraden naar moderne technieken is dusdanig duur, dat we besloten om compleet nieuwe elektrische vrachtauto’s te kopen. De accu’s uit de oude auto’s waren echter nog in goede staat. Ik vond het zonde om daar niets mee te doen, dus onderzochten we of we ze ook anders konden inzetten. Stationair gebruik van de accu’s als opslag was daarvan de uitkomst.’
Zijn twee accu’s die moeite wel waard?
‘Accu’s zijn het duurste onderdeel van zo’n auto, dus wanneer je dat kan hergebruiken is dat sowieso de moeite waard. We hebben ze vooraf door laten meten en ze bleken nog voor tachtig procent goed te zijn. Die gaan dus nog wel zo’n vijftien tot twintig jaar mee. Het is daarmee een investering voor de lange termijn. Daarbij komt dat we ook nog een andere partij accu’s van dezelfde generatie wisten te bemachtigen. Deze waren ooit als ballast op een lege vrachtwagen meegenomen naar Zwitserland en daar achtergelaten. De Zwitsers wilden er graag vanaf, want voor hen was het afval. Uit testen bleek dat deze accu’s in dezelfde staat verkeerden als onze eigen batterijen, dus be- sloten wij ze weer op te halen en samen te voegen. Zo hebben we nu 550 kilowatt aan opslag. Dat is echt wel de moeite waard.’
Wat wil je met deze energie doen?
‘De batterijen worden aangesloten op onze eigen zonnepanelen. Er liggen er al tweeduizend op het dak en daar worden er momenteel nog vijfhonderd bijgelegd. Ook hebben we plannen voor een zonnepark achter ons gebouw. Die panelen leveren overdag energie, maar ook ’s avonds hebben we energie nodig voor ons pand en voor het opladen van onze elektrische vrachtwagens. Met dit systeem kunnen we er nog vier wagens extra bij hebben. We zijn hiermee zelfvoorzienend als het gaat om stroom. Dat heeft financiële voordelen, maar is tegelijk ook een zekerheid voor de toekomst. We zijn hiermee niet meer afhankelijk van netbeheerders die moeite hebben om het stroomnet up to date te houden. Ook als dat ooit overbelast raakt, heb ik nu de garantie dat we gewoon kunnen blijven laden.’
Het is dus niet alleen een kwestie van duurzaamheid.
‘Het verhaal heeft inderdaad meerdere kanten. Enerzijds is het duurzaam, aan de andere kant is het noodzaak. Ik zie duurzaamheid ook niet als last, maar als een kans om anders naar je bedrijfsvoering te kijken. Het levert rendement op wanneer je met een duurzaam oog naar je werkzaamheden kijkt. Daarbij moet je wel breder durven kijken dan je eigen business. Energie is niet onze markt. Dat is transport. Toch helpt deze investering ons bedrijf verder. We merken dat onze duurzame insteek nieuwe klanten aantrekt, die hier specifiek naar vragen. Daarom zoeken we steeds naar mogelijkheden om groener te vervoeren.’
Kun je daar nog een voorbeeld van geven?
‘Soms zit het in hele simpele dingen. We hebben klanten waar we elke dag een pallet voor brengen en halen. Soms staat de pallet van gisteren nog onaangeroerd in de hal. Met zo’n klant gaan we in gesprek of we niet beter twee keer per week kunnen komen in plaats van dagelijks. Dat bespaart de klant geld en ons kilometers, waardoor de CO2-impact per pallet flink omlaag gaat. Een ander voorbeeld op grotere schaal is onze samenwerking met twaalf collega’s door het hele land. Waar eerst iedereen het hele land door reed, bedient nu ieder zijn eigen regio. Onderling wisselen we onze vrachten uit, waardoor nu nog maar één vrachtwagen door Limburg rijdt, in plaats van twaalf. Dat scheelt ook veel kilometers. Het is duurzamer en tegelijk efficiënter. Dat is dan ook mijn belangrijkste boodschap. Met een duurzaam oog naar je bedrijf kijken, kan ook wat opleveren. Als je pioniert en dingen probeert, zul je heus eens je hoofd stoten, maar uiteindelijk leer je ervan. We moeten het samen doen. We moeten er al hard aan trekken om het milieu gezond te houden, maar als iedereen zich hiervoor inzet, dan moet het lukken.’